Linnaeus Apotheek

Linnaeusstraat 81 1093 EK Amsterdam Tel:020-6651285 Fax:020-6683162

Medische Encyclopedie

Medische encyclopedie > Klachten zoeken > Klachten overzicht > Vaginale schimmelinfectie

Inhoud

Vaginale schimmelinfectie

Wat is vaginale schimmelinfectie?

In je vagina zitten bacteriën en schimmels. Dat is heel normaal. 

Soms gaan de schimmels te veel groeien. Ze kunnen dan in de huid rond je vagina gaan zitten. Of binnen in je vagina. De schimmels kunnen daar dan een ontsteking geven.

Dat heet een vaginale schimmelinfectie of candida-infectie. Candida is de naam van de schimmel.

Vaak is het niet duidelijk waar een ontsteking door schimmel in de vagina door komt.

Er zijn wel dingen die de kans groter maken:

  • zeep
    Zeep irriteert de binnenkant van je vagina. Ook neutrale zeep doet dat. Daardoor kunnen schimmels gaan groeien.
  • medicijnen
    Bijvoorbeeld medicijnen tegen bacteriën (antibiotica). Deze medicijnen kunnen ook de bacteriën in je vagina dood maken. Daardoor kunnen schimmels juist gaan groeien.
    Ook hormonen die ontstekingen remmen (corticosteroïden) kunnen de kans groter maken.
  • diabetes (suikerziekte)
  • veranderingen in hormonen
    Bijvoorbeeld als je ongesteld of zwanger bent.
Geen soa

De schimmel zit normaal ook al in je vagina. Je krijgt de ontsteking dus niet van iemand anders. Het is daarom geen ziekte die je kunt krijgen door seks (soa). Een soa komt namelijk door iets wat normaal niet in de vagina of penis zit.

Als je heel veel schimmels hebt, kun je die wel doorgeven aan je seks-partner. Vooral als die wondjes heeft op de vagina of penis. Het kan dan bijvoorbeeld een ontsteking van de eikel geven.

Niet door kleding, inlegkruisjes of tampons

Je krijgt géén ontsteking door schimmel van strakke kleding, inlegkruisjes of tampons.

Kan ik er zelf iets tegen doen?

Probeer de binnenkant van je vagina niet te irriteren. Deze adviezen helpen daarbij:

  • Was de buitenkant van je vagina met lauw water. Dat is genoeg.
    Het is niet nodig om je vaker of beter te wassen. De binnenkant van je vagina maakt zichzelf schoon.
  • Gebruik geen zeep. Ook geen speciale zeep voor je vagina, of spoelingen, deodorant of tea-tree oil.
    Deze dingen kunnen de binnenkant van je vagina irriteren. En ze helpen niet tegen schimmel.
    Ook deze dingen helpen niet: knoflook, probiotica of yoghurt met lactobacillen.
  • Neem de tijd om opgewonden te worden voor je seks hebt. Zorg dat je vagina eerst vochtig wordt. Of gebruik een glijmiddel. Stop als het pijn doet.
  • Gebruik geen zaad-dodende middelen. Deze kunnen je vagina irriteren.

Deze adviezen maken de kans kleiner dat je een ontsteking door schimmels krijgt. En ze maken de kans kleiner dat je het nog een keer krijgt.

Hier lees je meer adviezen om goed voor je vagina te zorgen.

Wat kan de apotheker voor mij doen?

Uw apotheker stelt u eerst een aantal vragen om u zo goed mogelijk van advies te kunnen voorzien. Als het nodig is, verwijst hij u naar uw huisarts. Ook helpt de apotheker u met advies voor goed gebruik van medicijnen.

Tablet of crème
Er zijn medicijnen die u zonder recept kunt kopen in de apotheek. Voor vaginale schimmelinfectie heeft de apotheek clotrimazol. Dit antischimmelmedicijn is verkrijgbaar in de vorm van een vaginale tablet of crème.

De vaginale tablet en de crème werken even goed. De tablet heeft als voordeel dat u maar één keer hoeft te gebruiken. De tablet helpt echter niet tegen jeuk aan de schaamlippen. De crème wel. Deze brengt u 6 dagen lang, 1x per dag met een hulpmiddel in de vagina in en kunt u 2x per dag op de schaamlippen smeren als u last heeft van jeuk. De klachten verminderen met een vaginale tablet of crème binnen een paar dagen en moeten binnen een week over zijn.

Uw partner
Behandeling van uw partner is alleen nodig als hij er zelf ook last van heeft. Houd er wel rekening mee dat vaginale tabletten en crèmes het rubber van een condoom kunnen beschadigen. Hierdoor is een condoom tijdens de behandeling en tot 2 dagen daarna minder betrouwbaar.

Uw apotheker zorgt ervoor dat u uw medicijnen goed en veilig kunt gebruiken. Het maakt niet uit of u een medicijn korte tijd of langdurig nodig heeft.

  • Receptcontrole

De apotheker controleert elk recept. Bijvoorbeeld: is het juiste medicijn voorgeschreven en meegegeven, is de dosering goed, kan het medicijn samen met andere medicijnen die u gebruikt. Als het nodig is, overlegt uw apotheker met uw huisarts of specialist.

  • Overzicht van uw medicijnen

Uw apotheker houdt bij welke medicijnen u gebruikt. U kunt in de apotheek altijd om een overzicht van uw medicijnen vragen. Dit kunt u bijvoorbeeld meenemen als u uw specialist bezoekt, in het ziekenhuis wordt opgenomen of naar het buitenland gaat.

  • Delen van informatie over uw medicijnen met andere zorgverleners

Uw apotheker, huisarts en het ziekenhuis kunnen informatie over uw medicijnen met elkaar delen als dat nodig is voor uw behandeling. Dit mag alleen als U daar toestemming voor geeft.

  • Begeleiding bij nieuwe geneesmiddelen

Krijgt u een medicijn dat u in de afgelopen 12 maanden niet hebt gebruikt? Dan krijgt u extra uitleg over deze medicijnen.

  • Ondersteuning als u uw medicijnen weleens vergeet in te nemen

De apotheker heeft daar hulpmiddelen voor. Als uw zorgverzekeraar toestemming geeft, kan uw apotheker uw medicijnen per dag en per tijdstip van inname in aparte zakjes voor u laten verpakken.

  • Persoonlijk gesprek over uw medicijnen

Heeft u vragen over uw medicijnen, of problemen met het gebruik? Bijvoorbeeld moeite met slikken van medicijnen, openmaken van de verpakking, of last van een vervelende bijwerking? Vraag uw apotheker om een persoonlijk gesprek. Hij kijkt dan samen met u welke mogelijkheden er zijn om uw probleem te verhelpen.

  • Medicatiebeoordeling

Uw apotheker en huisarts kunnen u uitnodigen voor een gesprek over uw medicijnen. Dit is mogelijk bij patiënten ouder dan 65 jaar die langdurig meer dan 5 medicijnen gebruiken. Samen met u bespreken ze of er verbetering mogelijk is. Als u bijvoorbeeld last hebt van bijwerkingen van een medicijn kan het soms vervangen worden door een ander medicijn.

  • Zelfzorg

Bij de apotheek kunt u terecht voor advies over medicijnen die u zonder recept (= zelfzorgmedicijnen) kunt kopen, voor verbandmiddelen en cosmetica. De apotheek kan zelfzorgmedicijnen voor u opnemen in uw medicatiedossier. Dan kan de apotheker controleren of u ze veilig samen met uw receptmedicijnen kunt gebruiken.

  • Bezorgservice

Bent u moeilijk ter been? Informeer bij uw apotheek of zij uw medicijnen bij u thuis kunnen bezorgen.

In welke gevallen kan ik beter naar de huisarts gaan?

Maak een afspraak bij je huisarts in deze situaties:

  • als je voor het eerst klachten hebt
  • als de klachten na 2 weken nog niet minder zijn geworden
  • als je zelf een medicijn hebt gekocht en dit niet genoeg heeft geholpen
  • als de klachten blijven terugkomen
  • als je ook andere klachten krijgt, zoals pijn in je buik of koorts
  • als het slijm uit je vagina een andere kleur heeft (geelgroen, bruin of rood) of vies ruikt

Welke medicijnen worden gebruikt bij

Antischimmelmedicijnen voor gebruik in de vagina
Antischimmelmedicijnen beschadigen de celwand van de schimmel, waardoor deze afsterft. Bij een schimmelinfectie in de vagina is lokale behandeling met schimmeldodende vaginale crème, vaginale tabletten of vaginale zetpillen (ovules) meestal voldoende. De crème kan, bij jeuk aan de schaamlippen, ook op de schaamlippen worden gesmeerd.
Bij steeds terugkerende schimmelinfecties wordt soms gedurende langere tijd 1x per maand een vaginale tablet of ovule gebruikt, telkens op de vijfde dag van de menstruatie, om te voorkomen dat de schimmelinfectie terugkeert. Voorbeelden zijn clotrimazol, miconazol en butoconazol.

Antischimmelmedicijnen om in te nemen
Antischimmelmedicijnen beschadigen de celwand van de schimmel, waardoor deze afsterft. Bij een schimmelinfectie is behandeling met een antischimmelmedicijn in de vorm van een vaginale crème, tablet of zetpil meestal voldoende. Maar als de infectie vaak terug komt, kan de arts antischimmelmedicijnen om in te nemen voorschrijven. Voorbeelden zijn fluconazol en itraconazol.

Terug naar overzicht